Je kunt wel roepen dat je de leerling centraal stelt, maar dat kan eigenlijk niet in de huidige onderwijssetting. Grote klassen, vastliggende programma’s en beperkte onderwijstijd verhinderen dat. Dat kan echt anders. Ook binnen BOOR, zegt Frans Schouwenburg, expert op het gebied van innovatief onderwijs en de rol die ict daarin kan spelen.
Ict is prachtig hulpmiddel om onderwijsinnovatie door te voeren, is de stellige overtuiging van Frans Schouwenburg. Dus niet beginnen met de aanschaf van een touchscreen voor elke schoolklas, omdat dit nu eenmaal hip en happening is en veel mogelijkheden biedt of zorgen dat elke leerling leert omgaan met de nieuwste technologische snufjes, omdat dit aansluit bij de nieuwe tijd. Dat werkt niet, meent Schouwenburg. Uitgangspunt moet zijn de onderwijsvisie van de school. 'Ict wordt in het onderwijs nog te vaak als een doel, als iets aparts gezien. Een schooldirecteur is blij met een bovenschoolse ict-coördinator die het onderwerp oppakt. Er wordt gehoopt op een olievlekwerking, maar die ontstaat niet. Al te vaak zijn dit mensen met een technische achtergrond, die vooral kijken naar de infrastructuur.'
Roer moet om
Intussen komen scholen niet toe aan de vraag hoe ict in te zetten in het primaire onderwijsproces, zegt Schouwenbrug. 'Die digiborden hangen er wel, maar er is niet goed nagedacht over de koppeling met het onderwijs. Je loopt dan het risico dat digiborden voornamelijk worden gebruikt om filmpjes te bekijken. Ik denk dan: had een goedkope beamer aangeschaft!' De vorig jaar ingestelde werkgroep ict in het primair onderwijs – onder leiding van bovenschools directeur Mac Steenaart en met schooldirecteuren en schoolmedewerkers van BOOR en Schouwenburg en Henk Lamers als adviseurs – pleit ervoor het onderwijs meer in lijn te brengen met de vragen van deze tijd. Ict speelt daarin een belangrijke rol.
‘Leerling centraal stellen,
heeft consequenties voor hoe je het onderwijs organiseert’
Pedagogiek als motor
De werkgroep heeft zich daarbij laten inspireren door Michael Fullan, een Canadese socioloog en onderwijsdeskundige. Naar Fullans idee moet pedagogiek de motor zijn bij de inzet van technologie, legt Schouwenburg uit. 'Om een goede en rijke digitale leeromgeving te creëren moet je technologie, pedagogiek en veranderkunde gezamenlijk bekijken om te komen tot nieuwe en spannende leerervaringen. Dit kan door steeds drie vragen te stellen. Allereerst de pedagogische vraag waarbij de leerling het uitgangspunt is: wat en hoe willen we dat kinderen leren, hoe willen we omgaan met verschillen in het onderwijs en hoe zorgen we ervoor dat elke leerling zich kan ontwikkelen. Daarna kijk je hoe je dit didactisch organiseert en vervolgens onderzoek je hoe de techniek je daarbij kan helpen.' Door deze principes als uitgangspunt te nemen, wordt voorkomen dat ict een doel op zichzelf wordt. Schouwenburg: 'En voorkom je dat digiborden werkloos in klaslokalen hangen.'
Gezamenlijk proces
Nadenken over de rol van ict in het onderwijs is een teamproces. Elk schoolteam moet hierover met elkaar het gesprek aangaan. Schouwenburg: 'Als je met elk team de drie vragen beantwoord die Fullan centraal stelt en daarmee samen je onderwijsdoelstelling probeert helder te krijgen, dan kom je uiteindelijk tot de beantwoording van de vraag: Welk software pakket past het best bij ons? Kies je voor een klassikaal onderwijssysteem met veel centrale instructie dan kan het zijn dat je gebaat bent bij een digibord met een goed softwarepakket. Of je kiest voor stemkasjes om dictees mee af te nemen, omdat de leerkracht daarmee veel tijd bespaart. Wil je meer richting zelfstandig werken, dan kies je voor laptops of tablets waarmee leerlingen zelfstandig leren werken. Het lijken open deuren, maar erg vaak wordt andersom geredeneerd. Er wordt begonnen bij het product en dan terug geredeneerd naar het onderwijsproces.'
‘Verandering doorvoeren kan alleen met het hele team’
Samenwerkende scholen
Een pasklaar antwoord is er niet. En het is logisch dat de verschillen in onderwijsvormen tussen scholen groter zullen worden, zegt Schouwenburg. 'En dat is hartstikke leuk! Iedereen wil dat het kind centraal staat, iedereen wil maatwerk bieden. Als je dat werkelijk wilt, moet je doordenken wat dit betekent en dat heeft nogal wat consequenties voor de keuzes die je maakt. Denken in vaste patronen, als lessentabellen, schooltijden en groepsgroottes moet je uiteindelijk loslaten, anders loop je vast. Dus even niet de huidige randvoorwaarden als uitgangspunt nemen, want dan begrens je je denken. Er is eigenlijk geen optie om niet op deze manier over je onderwijs na te denken. Want doe je het niet, dan mis je de aansluiting met de actuele ontwikkelingen.'
Kleine stapjes
Volgens Schouwenburg is de urgentie, juist in Rotterdam, enorm groot om aan de grote verschillen tussen kinderen tegemoet te komen. 'De snel veranderende arbeidsmarkt dwingt scholen om over hun onderwijsaanbod na te denken. Doormodderen op de huidige manier kan niet meer, want als we eerlijk zijn zien we dat ons onderwijs niet meer aansluit op de nieuwe tijd. We gaan onvermijdelijk toe naar meer differentiatie, scholen met hele verschillende vormen van onderwijs. Het mooiste is als elke stap door de leerkrachten, het schoolteam zelf, wordt gedragen. Dat betekent kleine stapjes nemen. Om tempo te krijgen, betekent het vooral ook samenwerken met scholen die tot soortgelijke conclusies komen.'
Inspiratiebron:
Stratosphere. De verbindende kracht van technologie, pedagogie en veranderkunde.
Auteur:
Michael Fullan